Interactie tussen diverse aaltjessoorten en Verticillium in suikerbieten

Het doel van dit project was om te onderzoeken of de aantasting door verticillium (V. dahliae) in suikerbieten wordt bevorderd door diverse soorten aaltjes (bietencysteaaltjes, wortellesie-aaltjes en wortelknobbelaaltjes).

Dit is gedaan in een klimaatkamertoets, waarbij planten wel en niet geïnfecteerd zijn met verticillium bij een gevoelig en tolerant ras voor verticillium en bij vier verschillende soorten aaltjes in twee dichtheden.

Hoge besmettingen met larven (830-1.050 per pot) van het geel en wit bietencysteaaltje en het noordelijk wortelknobbelaaltje hebben een versterkend effect op zowel bladaantasting als op een verlaging van het wortelgewicht door verticillium ten opzichte van geen of een lage (10-14 aaltjes per pot) besmetting. Het geel bietencysteaaltje zorgt, wanneer aanwezig in een grote hoeveelheid (1.040 aaltjes/pot), voor de grootste versterking van verticilliumsymptomen. Hoge besmettingen met het wortellesieaaltje (852 aaltjes per pot) zorgde enkel in combinatie met het voor verticillium gevoelige ras (I037) voor verergering van de bladaantasting. Als er veel aaltjes waren toegevoegd, maakte het ook niet meer uit of het een gevoelig of tolerant ras betrof.

Schade door verticillium werd dus bevorderd door aaltjes. Hoe meer aaltjes, hoe meer aantas-ting er zichtbaar was. Dit gold bij het voor verticillium gevoelige ras voor alle vier de aaltjes-soorten (witte bietencysteaaltjes, gele bietencysteaaltjes, noordelijk wortelknobbelaaltjes en wortellesieaaltjes) en bij het tolerante ras alleen niet voor wortellesieaaltjes. Telers kunnen aantasting door verticillium reduceren door de hoeveelheden plantparasitaire aaltjes zo laag mogelijk te houden.

 

Uitgelicht: Interactie tussen diverse aaltjessoorten en Verticillium in suikerbieten

Contactpersonen

Bram Hanse
Bladschimmels / bacteriën / diagnostiek
Elma Raaijmakers
Diagnostiek / nematoden / insecten
Martijn Pepping
Project duurzaamheid

Mogelijk ook interessant