4. Bemesting

Vorig jaar is het vernieuwde kaliumbemestingsadvies verschenen op het Handboek Bodem en Bemesting. In de teelthandleiding is dit advies overgenomen. Bovendien zijn er dit jaar grote veranderingen in de mestwetgeving doorgevoerd. Zo zijn de stikstofgebruiksnormen in grote delen van Nederland gedaald en is een deel van de regelgeving ondergebracht in de Omgevingswet. De regels die voor de bietenteelt relevant zijn, zijn in paragraaf 4.13 aangepast. Tot slot zijn in verschillende paragrafen wat tekstuele aanpassingen gedaan.

4.1 Inleiding

Versie: maart 2020 CONTACTPERSOON: ANDRÉ VAN VALEN Bemesting in suikerbieten vindt plaats om ervoor te zorgen dat het gewas gedurende het groeiseizoen over de juiste en in voldoende mate aanwezige voedingsstoffen beschikt zodat het voorspoedig kan groeien, op tijd is volgroeid en bij de oogst een gunstige samenstelling heeft. Zowel een tekort als een overmaat……

4.2 Opname van nutriënten

Versie: april 2024 Een suikerbiet neemt het grootste gedeelte van de benodigde voedingsstoffen (of: nutriënten) op uit de bodem. Deze nutriënten zijn in opgeloste vorm in het bodemvocht aanwezig. Nutriënten kunnen een positieve (kation) of negatieve (anion) lading hebben. Kalium (K+) en calcium (Ca2+) zijn voorbeelden van kationen. Stikstof heeft in een opgeloste vorm een……

4.3 Stikstofbemesting

Versie: april 2024 De hoogte van de stikstofbemesting beïnvloedt het rendement van de teelt van suikerbieten. Te weinig stikstof betekent een lagere wortelopbrengst en te veel stikstof is nadelig voor het suiker­gehalte en de winbaarheidsindex (WIN). Vooral het suikergehalte is bij de uitbetaling erg belang­rijk. Bij de huidige uitbetalingsmethodiek met een gehalteverrekening van 9% is……

Suikerbieteninformatiedag 2020

Op 8 december vond de suikerbieteninformatiedag 2020 plaats*. Helaas moest dat dit jaar online. Het voordeel hiervan is dat er nu films beschikbaar zijn van de presentaties, die iedereen kan bekijken. Door in de tabel hieronder op de titel te klikken kunt u de desbetreffende presentatie kijken, inclusief de vragenronde aan het eind. Titel Spreker……

4.4 Fosfaatbemesting

Versie: maart 2024 De fosfaattoestand van bouwland wordt bepaald op basis van het P-AL-getal en P-CaCl2-getal. Deze indicatoren hebben het Pw-getal vervangen. Het P-AL-getal (mg P2O5/100 g grond) geeft een indicatie van de op de langere termijn beschikbaar komende fosfaatvoorraad in de bodem. Het P-CaCl2-getal (mg P/kg grond) geeft de hoeveelheid direct beschikbare fosfaat weer.……

4.5 Kaliumbemesting

Versie: maart 2024 Het kaliumadvies is, net als het fosfaatadvies, gebaseerd op de kaliumtoestand van de grond en de behoefte van het gewas. Op grondmonsteranalyses staan vaak verschillende waarden die een indicatie geven van de kaliumtoestand in de grond. Naast het K-getal zijn dit de K-CaCl2 en K-CEC. Het K-getal wordt berekend door een meting……

4.6 Natriumbemesting

Versie: maart 2024 Het natriumbemestingsadvies is niet gebaseerd op het natriumgehalte van de grond. Natriumbemesting heeft op zand-, dal- en veengronden bij suikerbieten vaak een positief effect op zowel het wortelgewicht als het sui­ker­gehalte. 4.6.1 Hoogte van de natriumgift Voor de zand-, dal- en veengronden is het advies om de suikerbieten te bemesten met 200……

4.7 Magnesiumbemesting

Versie: maart 2024 Op zand-, dal- en lössgronden kan magnesiumgebrek worden voorkomen door te zorgen voor een voldoende hoge magnesiumtoestand van de bouwvoor. Als streefgetal voor magnesium geldt een gehalte van 45 mg Mg per kg grond (bepaald door extractie met CaCl2). Soms wordt magnesium nog gemeten na extractie met NaCl. Deze waarden worden omgerekend……

4.9 Boriumbemesting

Versie: april 2023 Een tekort aan borium veroorzaakt bij bieten hartrot. De belangrijkste verschijnselen hiervan zijn het afster­ven en zwart verkleuren van de jongste blaadjes midden in de kop en de vorming van nieuwe zij­scheuten (zie figuur 4.9.1). De kans op boriumgebrek is het grootst op percelen met een te lage boriumtoestand van de bouwvoor.……