6.1 Onkruiden
Onlangs zijn de adviezen in de teelthandleiding geactualiseerd. In dit hoofdstuk kunt u de actuele onkruidbestrijdingsadviezen terug vinden.
Onlangs zijn de adviezen in de teelthandleiding geactualiseerd. In dit hoofdstuk kunt u de actuele onkruidbestrijdingsadviezen terug vinden.
Versie: maart 2021 Er zijn verschillende redenen om het middelengebruik terug te dringen: kosten middelen; beschikbaarheid van middelen; lagere milieubelasting; resistentiemanagement; teelt onder keur of certificaat. Enkele mogelijkheden om het middelengebruik te beperken, zijn: rijenspuiten; mechanische onkruidbeheersing; spuitmoment optimaliseren. Deze mogelijkheden komen hierna kort aan de orde. 6.2.1 Rijenspuiten Met rijenspuiten brengt een teler de……
Versie: januari 2021 6.3.1 Vervangende gewassen bij een mislukte teelt van bieten en andere gewassen Bij het mislukken van een bietengewas kan het voor overzaaien te laat worden. Vooral welke (onkruid)bestrijdingsmiddelen zijn gebruikt, bepaalt het antwoord op de vraag ˈwelk ander gewas kan ik nu nog zaaien?ˈ. Hierbij spelen twee zaken een rol: welke middelen zijn……
Versie: februari 2020 CONTACTPERSOON: ANDRE VAN VALEN INHOUD 7.1 Vegetatieve en generatieve fase 2 7.2 Kieming en opkomst 2 7.3 Blad- en wortelgroei 3 7.4 Productie 5 7.5 Afsluiting productiefase 5 7.6 Verandering van de kwaliteitseigenschappen 5 7.7 Factoren die de groei beïnvloeden 7 7.7.1 Daglengte en lichtintensiteit 7 7.7.2 Temperatuur 8 7.7.3 Vocht 8…
Versie: februari 2020 De suikerbiet is een tweejarige plant. In het eerste jaar blijft de plant vegetatief (zonder bloei en zaadzetting) en gebruikt aanvankelijk alle energie voor de opbouw van het bladapparaat en het wortelstelsel. Later in het seizoen vormt de plant een verdikte penwortel. Daarin wordt een groot deel van de droge stof als……
Versie: februari 2020 Als het zaad in vochtige grond ligt, neemt het water op en gaat zwellen. Met behulp van de voorraden die in het zaad zijn opgeslagen, zal eerst het kiemworteltje gaan groeien. Daarna groeien de kiemlobben naar de oppervlakte. Als ze boven de grond uitkomen, strekken ze zich en gaan horizontaal staan. De……
Versie: februari 2020 Na opkomst begint de plant een periode van exponentiële groei. De groeisnelheid neemt toe naarmate steeds meer droge stof is gevormd. De groei wordt vooral sterk aangestuurd door de temperatuur, die in hoge mate de snelheid bepaalt waarmee nieuwe bladeren, en dus nieuwe productieorganen, worden aangemaakt. Onder normale omstandigheden komt er per……
Versie: februari 2020 Het gewas is vanaf de groeipuntsdatum in volle productie. Het is dan namelijk in staat alle invallende straling te onderscheppen. De productiesnelheid is (bij afwezigheid van stress) nu voornamelijk afhankelijk van de hoeveelheid straling die per tijdseenheid op het perceel valt. Van de geproduceerde biomassa gaat er een steeds groter aandeel naar……
Versie: februari 2020 De periode van productie kent geen duidelijk einde. De productie wordt geleidelijk minder als de omstandigheden ongunstiger worden: de hoeveelheid straling neemt af, de stikstof raakt op, het wordt kouder en het blad wordt minder efficiënt in het omzetten van straling in biomassa. In de herfst begint de wortelgroei te vertragen. In……
Versie: februari 2020 De samenstelling van de wortel verandert geleidelijk gedurende het groeiseizoen. Vanaf begin augustus neemt het suikergehalte nog steeds toe en is er een afname van het gehalte aan kalium (K) en natrium (Na) (figuur 7.4). Het gehalte aan aminostikstof neemt eerst af en op het eind van de campagne juist iets toe.……
Versie: februari 2020 Naast de (voedings)toestand van de bodem en het voorkomen van ziekten en plagen zijn temperatuur, straling en vocht de belangrijkste factoren die de groei beïnvloeden. 7.7.1 Daglengte en lichtintensiteit Vanaf de groeipuntsdatum is de productie van droge stof direct gerelateerd aan de hoeveelheid straling. Deze is het hoogst in de twee maanden……
INHOUD 8. Kwaliteit, oogst en bewaring 1 8.1 Kwaliteit 3 8.1.1 Inleiding 3 8.1.2 Suikergehalte 3 8.1.3 WIN 4 8.1.4 Invloed van de stikstofbemesting op de interne kwaliteit 7 8.1.5 Belangrijkste oorzaken van slechte interne kwaliteit 7 8.1.5.1 Laag suikergehalte 7 8.1.5.2 Lage WIN 8 8.1.6 Wat te doen om een goede opbrengst en een……