De manier van verspreiding (semi-persistent voor BMYV en BChV of persistent bij BYV) en de hoeveelheid schade die het virus kan aanrichten. Maar zelfs de zwakste variant kan al tot 35% opbrengstverlies leiden dus het is tussen 15 april en 15 juli belangrijk om bladluizen te tellen.
De vergelingsziektewaarschuwingsdienst komt in een andere vorm terug. Suiker Unie en IRS hebben een bladluiskaart ontwikkeld. Deze kaart is via het Cosun Ledenportaal (via de tegel ‘BAS’) en via www.irs.nl/bladluiskaart te bekijken. Tussen 15 april en 15 juli wordt hierop met kleuren aangegeven op welke locaties groene bladluizen gevonden zijn en de schadedrempel is overschreden. Medewerkers van Suiker Unie tellen van 15 april tot 15 juli elke week bladluizen op 75 percelen suikerbieten. Met ingang van seizoen 2020 jaar worden zij in het zuidwesten ondersteund door Delphy team Zuidwest. Naast de groene en rode icoontjes zijn er ook oranje icoontjes, die aangeven dat er wel groene bladluizen gevonden zijn, maar dat de schadedrempel nog niet overschreden is in dat bietenperceel. Een overschrijding van de schadedrempel op de waarschuwingskaart dient als extra waarschuwing om het eigen bietenperceel te controleren. Het is echter bekend dat de spreiding tussen percelen heel groot kan zijn, vanwege verschillende voorvruchten, verschillende manieren van grondbewerking en de verschillen in aantallen natuurlijke vijanden. Daarom blijft wekelijkse controle op de eigen percelen erg belangrijk. Er wordt door Suiker Unie in overleg met IRS vanaf 2020 per sms een waarschuwing per gebied verstuurd. Zie hieronder ook het filmpje 'Vergelingsziekte beperken: wekelijks waarnemen tot half juli noodzakelijk'.
Wekelijks een uur tellen geeft een goede indicatie van de bladluispopulatie.
Meeste bladluizen zullen zich aan de onderkant van de bladeren bevinden en/of op de hartbladeren (heel jonge bladeren). Controleer de planten van buiten naar binnen, zie ook onderstaand filmpje ‘Controle bietenperceel op groene bladluizen’. Bladluizen vinden we vaak als eerste in de luwtes. Controleer dus vooral achter dijken, naast bossen of bomen.
Het is aan te raden om op meerdere plekken in het veld te tellen omdat de bladluizen vaak haarden vormen. Door op één plek te tellen kunt u een vertekend beeld krijgen van de bladluissituatie. Daarom is het advies om verspreid over het bietenperceel minimaal 20 planten per week te bekijken en bladluizen daarop te tellen. Omdat bladluizen zich vaak in luwtes ophouden, is het aan te bevelen zeker te kijken achter dijken, naast bossen of bomen. Zie ook onderstaand filmpje ‘Controle bietenperceel op groene bladluizen’.
Dit hangt van uw locatie en de severiteit van de winter af. Bij een zachte winter kunnen er vanaf opkomst al bladluizen voorkomen op percelen in Zeeland en Limburg. In het noorden komen bladluizen meestal wat later. Het advies is om vanaf opkomst te beginnen met tellen. Zie hieronder ook het filmpje 'Vergelingsziekte beperken: wekelijks waarnemen tot half juli noodzakelijk'.
Neem contact op met uw teeltadviseur. Hij of zij kan u wellicht helpen bij het tellen.
Planten zullen geel beginnen te kleuren 6 tot 9 weken na infectie. Daarom is het belangrijk om vanaf opkomst bladluizen goed in de gaten te houden omdat uw perceel al hevig besmet kan zijn voordat u de eerste symptomen ziet.
Nee, het kan ook iets anders zijn. Symptomen van magnesiumgebrek en schade door wantsen lijken sterk op symptomen van vergelingsziekte. Opvallend is daarbij dat vergelingsziekte vaak in ronde plekken voorkomt, wat bij magnesiumgebrek en aantasting door wantsen niet het geval is. Als u twijfelt is het verstandig om aan het blad te voelen. Als dit verdikt is en leerachtig aanvoelt en een knapperend geluid maakt als u het breekt is de kans groot dat het vergelingsziekte is. Bij twijfel kunt u contact opnemen met uw teeltadviseur. Hij of zij kan eventueel een monster ter diagnose aanbieden bij IRS Diagnostiek.
Tabel 1. Verschillen tussen vergelingsziekte, wantsenschade, magnesiumgebrek.
|
vergelingsziekte |
wantsenschade |
magnesiumgebrek |
wordt veroorzaakt door |
virussen overgedragen door met name de groene perzikluis |
het aanprikken en zuigen van wantsen |
slechte opname van magnesium |
uiting op perceel |
scherp afgeronde plekken |
individuele planten |
banen, plekken of individuele planten |
locatie op perceel |
op hele perceel, maar eerste plekken verschijnen meestal in luwtes |
naast bossen of houtwallen |
overal op het perceel, vaak is wortelstelsel aangetast of vertakt |
schadebeeld |
begint bij bladpunten, later hele bladeren en vervolgens hele planten |
alleen bladpunten van aangetaste bladeren |
begint bij bladpunten tussen de nerven, later hele bladeren |
symptomen |
aangetaste bladeren dik en broos, leerachtig |
aangetaste bladpunt zeer geel, eventueel kromme hoofdnerf en slappe bladpunt |
geen verdikkingen en/of misvormingen in het blad, soms bros, knapperig blad |
typisch kenmerk |
|
aan achterzijde van hoofdnerf is een zwarte streep zichtbaar en vanaf deze streep begint het geel |
|
schade |
tot 50% |
nihil |
matig |
In de Teelthandleiding vindt u meer informatie over de beheersmaatregelen.
Foto 1. De symptomen van vergelingsziekte beginnen vanuit de bladtop.
Foto 2. Later kleurt bij vergelingsziekte het hele blad geel. Het blad wordt bovendien dikker en brosser, waardoor het leerachtig aanvoelt.
Foto 3. Vergelingsziekte verschijnt in scherp afgeronde plekken in het perceel.
Foto 4. De symptomen van magnesiumgebrek beginnen ook vanuit de bladtop, net zoals de symptomen van vergelingsziekte, maar bij magnesiumgebrek is duidelijk geelverkleuring tussen de bladnerven zichtbaar.
Foto 5. Beeld van magnesiumgebrek. De symptomen verspreiden zich net als vergelingsziekte over het hele blad.
Foto 6. Een aangetaste plant met magnesiumgebrek kan individueel voorkomen, maar vaak ook in banen of stroken. Omdat de opname vaak beperkt wordt, is het bij vermoeden van magnesiumgebrek altijd belangrijk de wortels te bekijken op aantastingen door bijvoorbeeld aaltjes en een bespuiting met een magnesiumbladmeststof uit te voeren om de schade door nutriëntengebrek te voorkomen.
Foto 7. Doordat de wants in de achterzijde van de hoofdnerf prikt, groeit het blad vaak krom en wordt alleen geel boven de plek waar de wants in de hoofdnerf prikt. Dit is te herkennen aan de zwarte streepjes in de hoofdnerf.
Foto 8. Wantsenschade komt vaak voor naast bossen of houtwallen. Alleen bladeren waarvan de hoofdnerf is aangeprikt worden geel.
Ja, uw perceel is niet per definitie schoon en er is nog steeds dreiging tot infectie doordat bladluizen het virus mee kunnen nemen. Bovendien kan de virusdruk volgend jaar nog hoger zijn dan dit jaar.
Naast de suikerbietenteelt is het IRS ook actief in onderzoek en voorlichting voor de cichoreiteelt. Het onderzoek is onder andere gericht op de onkruidbestrijding, rassen en zaadkwaliteit. Alle informatie over de cichoreiteelt, zoals actuele berichten en teeltinformatie, is te vinden op www.cichorei.nl.
Jaarlijks stelt het IRS een verslag op waarin het onderzoek van het suikerbieteninstituut wordt beschreven. Het verslag is voor iedereen beschikbaar op de site van het IRS. We nodigen u graag uit om het verslag te lezen, maar willen uw nieuwsgierigheid vast prikkelen met een video met enkele belangrijke punten uit het onderzoek van 2019.
De lijst van in suikerbieten toegelaten gewasbeschermingsmiddelen is geactualiseerd en is te raadplegen op onder andere de IRS-site: www.irs.nl/toelatingssituatie. Deze lijst wordt geactualiseerd door de BO Akkerbouw.